Vlak voor de oorlog groeit Rosa op in voorspoed, in een vooraanstaande familie in Nederlands-Indië. Wanneer haar ouders scheiden wordt ze achtergelaten bij een tante. Alleen en ontheemd verlangt ze naar haar gelukkige kinderjaren, maar die zullen niet meer terugkomen.
Als de Japanners de kolonie bezetten leert de dan zeventienjarige Rosa dat vrijheid niet vanzelfsprekend is en dat afkomst ertoe doet. Haar leven neemt een onverwachte wending als haar vriend John zich als piloot bij het leger aanmeldt en ze zich met haar familie moet melden in een interneringskamp. Het is de liefde die haar op de been houdt, maar zal ze John ooit weer zien?
In deze historische roman maakt schrijfster Elle van Rijn invoelbaar hoeveel de generatie die de oorlog heeft meegemaakt in Nederlands-Indië heeft moeten doorstaan. Niet alleen laat ze zien hoe wreed de ontberingen zijn geweest in de kampen, tegelijkertijd toont ze hoe racistisch de koloniale samenleving was.