Als Erik in de polder rondzwerft, vindt hij een dode roofvogel. Net als hij hem opgepakt heeft, komt een grote man dreigend op hem af. 'Dus jij bent de dader', zegt hij grimmig. 'Daar zal ik werk van maken! Ik heb je op de foto gezet!'
Erik heeft geen idee wie er tegenover hem staat. Wel is meteen duidelijk dat er met de man niet te praten valt. Hoewel, als hij hem later nog eens tegenkomt, is hij gedraaid als een blad aan de boom. Ook Eriks vrienden Ad en Arend maken kennis met de onvoorspelbare man. Al snel is duidelijk dat hij iets in zijn schild voert. Iets wat het daglicht niet kan verdragen.
Erik gaat op onderzoek uit. Maar dat moet hij duur bekopen